Biga Groep helpt mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan werk. 500 mensen met een arbeidsbeperking zijn bij Biga in dienst. Een groot deel ervan werkt in het groenonderhoud, op de afdeling schoonmaak of bij een werkgever in de regio (“buiten”). Een kleiner gedeelte is werkzaam op een afdeling van Biga aan de Thorbeckelaan in Zeist (“binnen”). Erik Ronk (manager beheer) vindt dat iedereen zinvol werk moet kunnen doen. “Degenen die wat meer kunnen verdienen het geld voor degenen die wat minder kunnen.”

Het is 16.00 uur. Op het sociaal werkbedrijf aan de Thorbeckelaan in Zeist is het redelijk rustig. Een handjevol mensen zet geschenkdozen in elkaar voor moeders van pasgeborenen. Ieder doet een deel van het werk. Op een andere afdeling sorteren drie werknemers kleren van Defensie. Grote houten kratten puilen uit met groene broeken, jasjes en blouses. Op de wasafdeling doen ze op een milieu­verantwoorde manier de was: met geïoniseerd water, zonder waspoeder. Ondertussen druppelen de mannen en vrouwen die in het groen werken binnen. Het zijn stuk voor stuk mensen die uitstralen dat zij met veel plezier hun werk doen.

Financiën

Er is sinds 2015 wat veranderd in de sociale werkvoorziening. Sinds de invoering van de Participatiewet kunnen alleen mensen die een beschutte plek (“nieuw beschut”) nodig hebben nog bij de werkvoorziening aan het werk. Ronk, al 27 jaar werkzaam bij Biga: “Er zal altijd een groep mensen blijven die rust en regelmaat nodig hebben. Zij zijn blij als ze iedere dag in een eigen tempo mogen werken op onze assemblage-, sorteer- of wasafdeling. Wij zijn een maatschappelijke onderneming en zullen ons blijven inzetten voor deze groep kwetsbaren. Werk is van grote waarde, juist voor deze groep.”

Deze keuze heeft financiële consequenties. Het werk op de interne afdelingen van Biga kost meer dan het oplevert. De overheid bezuinigt fors op deze groep terwijl de salariskosten van de medewerkers toenemen. “Dat betekent dat wij met een steeds groter tekort komen te zitten als het om deze groep gaat.”

Met de mensen die “buiten” werken, in de groenvoorziening of in de schoonmaak, maakt Biga wel winst. “Dat doet we niet door een scherp prijsbeleid te voeren. Wij hanteren dezelfde tarieven als andere aanbieders. Onze mensen doen echter wel langer over het werk. Ook omdat zij het vaak heel goed willen doen overigens. Zij halen bijvoorbeeld soms al het onkruid weg, terwijl het van de gemeente tot een bepaalde hoogte mag blijven staan volgens het bestek.” Ook de mensen die gedetacheerd zijn leveren de onderneming positieve resultaten op.

Ronk benadrukt dat veel mensen die eerst “binnen” werkten nu zijn door­gestroomd naar de groenvoorziening, de schoonmaak of via detachering bij andere bedrijven terecht zijn gekomen. “Dat is ook een reden dat Biga het belangrijk vindt dat mensen “binnen” kunnen werken. Een aantal van hen wordt voorbereid op een plek ‘buiten’.”

Participatiewet

De Participatiewet is bedoeld om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan betaald werk te helpen. Maar de doorstroom van mensen naar werk in loondienst stagneert volgens Ronk. “Werkgevers krijgen weliswaar financiële compensatie van de overheid om iemand met een arbeidsbeperking aan te nemen, maar ze blijven afwachten. Ze willen vaak de administratieve rompslomp die gepaard gaat met het aannemen van deze mensen niet. Overigens vaak terecht: uitvoering geven aan de Participatiewet levert extra administratieve druk op en kost veel werk. Dan kiezen ze liever voor detachering. Op die manier kunnen ze eerst ook zien wat voor een vlees ze in de kuip hebben. Pas als iemand echt bevalt, nemen ze hem in dienst.”

Om hier toch beweging in te krijgen, onderzoekt Biga of ze niet op andere manieren kan bijdragen aan het aan het werk helpen van mensen met een arbeidsbeperking. Dat doet zij samen met de gemeenten De Bilt, Bunnik, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist.

Biga, dat afgelopen jaar een mooi resultaat heeft laten zien, wil graag geld investeren in het toeleiden van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt naar werk. “Dat zijn allen inwoners van genoemde gemeenten.” Het bedrijf heeft daarom voor Wajongers en mensen met een bijstandsuitkering de zogenaamde ‘Leren werken’ trajecten ontwikkeld. “Mensen met een Wajong- of een bijstandsuitkering worden in het kader van de Participatiewet geacht om aan het werk te gaan. Vaak missen ze echter de (werknemers)vaardigheden daarvoor. Ze werken nu voor Biga en leren van onze jobcoaches wat bijvoorbeeld werkritme en discipline is.”

Ronk ziet ook andere groepen mensen in de samenleving die baat kunnen hebben bij de Leren werken trajecten, zoals vroegtijdige schoolverlaters en statushouders. Biga heeft in opdracht van de overheid in het kader van de Participatiewet met succes pilots uitgevoerd met deze groepen. “Ook de schoolverlaters kunnen wij werknemersvaardigheden aanleren. Voor statushouders geldt dat ze door voor ons te werken de taal leren en werkervaring opdoen. Zo kunnen wij ook deze groepen op weg helpen naar een passende baan.”

Controlling

Ronk is als manager beheer verantwoordelijk voor vastgoed, personeelsadministratie en automatisering. Ook financiën zit in zijn portefeuille. “Ik rapporteer maandelijks de financiële cijfers aan het management team en gebruik daarvoor Corporate Planner (CP). Daar werken wij al jaren mee.” Ronk vindt het prettig werken met CP, ook omdat er zoveel mee kan. “We optimaliseren het gebruik van Corporate Planner ieder jaar weer een beetje meer. Momenteel zijn we bezig met inrichten van Corporate Planner zodat we ook de meerjarenbegroting kunnen maken met deze controllingtool.”

Naast Ronk is er ook een controller in dienst bij Biga die gebruik maakt van CP. “Het werken met meerdere doelgroepen die betaald worden uit verschillende subsidiepotten, volgens verschillende cao’s en vanuit verschillende wet- en regelgeving maakt het complex en vereist een goede controle.”

Meerwaarde

Eigenlijk doet Biga grotendeels nog steeds hetzelfde als voor 2015, toen de Participatiewet in werking trad. Maar met name de administratie eromheen is enorm toegenomen. “Daarom kan ik me ook heel goed voorstellen dat bedrijven, die natuurlijk ook te maken krijgen met deze rompslomp, het niet aantrekkelijk vinden om mensen met arbeidsbeperking aan te nemen. Dat zou niet moeten gebeuren. Het is echt noodzakelijk dat dit eenvoudiger wordt!”

Ronk maakt zich zorgen. Er is onvoldoende doorstroom van mensen naar bedrijven of overheden. Daarnaast zetten de bezuinigingen op de sociale werkvoorziening door. “Uiteindelijk zullen de meest kwetsbaren hier de dupe van worden. Daar is op een gegeven moment geen geld meer voor.” Hij is ook bang dat mensen die nu ‘buiten’ werken als ze ouder worden en fysiek minder zijn niet meer terug kunnen naar ‘binnen’. Iets wat tot nu toe altijd wel kon. “Mensen
kunnen zelfs tijdelijk even van ‘buiten’ naar ‘binnen’ worden overgeplaatst, bijvoorbeeld als ze fysieke problemen hebben.

Het zou jammer zijn als mensen niet meer kunnen werken omdat er geen geld voor is. Niet alleen omdat Ronk vindt dat ze net als ieder mens het gevoel moeten kunnen ervaren dat ze meedoen. Maar ook omdat ze iets brengen; ze voegen iets toe aan de werksfeer en cultuur. “Mensen van Biga zijn vaak heel gedreven. En ze brengen een vrolijke noot. Op de sociale werkvoorziening, maar ook daarbuiten. Bij het RIVM bijvoorbeeld halen Biga-mensen het papier op. Komt er iemand van ons op de kamer van een RIVM-medewerker en zegt: ‘Zo meneer, u heeft zeker niet hard gewerkt, er is helemaal geen papier in de prullenbak.’ Prachtig vinden ze dat bij het RIVM.”

Biga Groep

Biga Groep is een organisatie die mensen begeleidt in het werk. De organisatie is plat. Naast het management team bestaande uit vier personen, werken er teamleiders, jobcoaches/detacheringsconsulenten en staf­medewerkers. Circa 400 mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt zijn in dienst bij Biga. Van die laatsten werken 100 mensen “binnen”; de rest werkt “buiten” in de groenvoorziening of in de schoonmaak. Daarnaast is er groep mensen die gedetacheerd is. Zij staan op de loondienst bij Biga maar werken bijvoorbeeld bij de politie, het UMC, het KNMI of de RIVM.

Biga is een social enterprise en wil ondernemen met een maatschappelijke missie. Een maatschappelijke onderneming levert net als elke andere onderneming een product of dienst en heeft een verdienmodel. Geld verdienen is echter niet het hoofddoel, maar een middel om het doel te bereiken: mensen ontwikkelen naar een passende baan. Daarom zet Biga de winst die zij heeft behaald weer in bij nieuwe trajecten, zoals de Leren werken trajecten.

In 2016 haalde Biga een netto omzet van 7.8 miljoen en een positief resultaat van 1.5 miljoen euro.